De straten, eens gevuld
met glimlachen, liggen er verlaten bij;
ik mis het: de stille knik van vreemden,
die liefkozende neutraliteit die we collectief ophingen
aan de wanden van minuscule weggetjes in het centrum,
terwijl we allemaal ergens heengingen, of nergens,
maar stil – nee, stil was het nooit.
Vandaag liep ik door de straten en hoorde de laatste decibels
door de riolen lopen, doorgespoeld – ze mogen niet langer
blijven hangen in de lucht;
voortaan verbergen warme woorden zich
achter een ondoordringbaar masker
dat het lachen nooit geleerd heeft, nee,
de lach verdween uit het straatbeeld en in haar plaats
verscheen een witte stilte, een onbeschreven blad dat al
even hard schreeuwt als de harten die hunkeren achter
een warme hand om lijf en lenden – een hand
die herinneringen van liefde schrijft in onze hersenen
en alles voor even
doet vergeten
Like this:
Like Loading...